HOME     www.tegels-uit-rotterdam.com

Metamorphosen van Ovidius op Rotterdamse tegels naar prenten van Crispijn de Passe

 

schut_mytho_nl

De schepping van de mens
(Met. 1, 21-75)
De aarde kreeg, kort geleden nog zo leeg en vormloos, een ander aanzicht door dat nieuwe leven van de mens.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

De Zilveren Eeuw
(Met. 1, 113-124)
In de Zilveren Eeuw neemt Jupiter de macht van Saturnus over. Maar toen Saturnus naar de donkere Tartarus verjaagd was en Jupiter de macht had, kwam het zilveren geslacht, slechter dan dat van goud, maar beter dan de bronzen mensen. Jupiter heeft die lang vervlogen lentetijd beperkt, lente werd kort; met winter, zomertij en grillig najaar verdeelde hij het jaar in vier seizoenen na elkaar.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Daphne veranderd in een laurierboom
(Met. 1, 547-559)
Daphne wordt door haar vader Peneus in een laurierboom veranderd. Apollo, die haar heeft achtervolgd, strekt tevergeefs zijn arm naar haar uit.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Jupiter verandert Io in een koe
(Met. 1, 608-622)
Io was de dochter van Inachus, een riviergod. Jupiter merkte haar op een dag op en ze werd al snel een van zijn vele minnaressen. Hun relatie duurde voort totdat Hera hen bijna ontdekte. Dat werd echter vermeden door Jupiter, die Io in een prachtige zilveren koe veranderde.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl
schut_mytho_nl

Arcas schiet een pijl af op jijn moeder Callisto
(Met. 2, 496-507)
Arcas ontmoette tijdens de jacht zijn als berin ronddoldende moeder Callisto. Zij probeerde hem tevergeefs duidelijk te maken wie ze was. Omdat zij niet vluchtte, had Arcas haar bijna gedood. Jupiter greep echter op het laatste moment in en plaatste haar als sterrenbeeld aan de hemel.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl
schut_mytho_nl

Apollo doodt Coronis
(Met. 2, 600-632)
Coronis werd ontdekt door de god Apollo, die onmiddellijk smoorverliefd werd op haar en met haar sliep. Maar toen hij weer moest vertrekken naar Delphi, gaf hij een kraai  met sneeuwwitte veren de opdracht het meisje in het oog te houden en over haar te waken. Nu was Coronis zelf al geruime tijd verliefd op Ischys, en liet hem toe met haar het bed te delen, ook al was zij reeds zwanger van Apollo. Toen de kraai merkte wat er gebeurd was, vloog zij onmiddellijk naar Delphi om Apollo in te lichten over de ontrouw van Coronis. De god werd razend, en hij vervloekte de kraai omdat zij niets had ondernomen om Ischys tegen te houden. De kraai werd onmiddellijk zwart, en deze vervloeking is overgegaan op al haar nakomelingen. Nadien ging Apollo uithuilen bij zijn zuster Artemis, die onmiddellijk haar dodelijke pijlen richtte op het meisje dat haar broer ongelukkig had gemaakt.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Minerva bij Vrouwe Jaloezie
(Met. 2, 765-770)
Minerva bracht een bezoek aan Vrouwe Jaloezie, de godin van de nijd, die zich in een duister en ijzig dal voedde met slangen, en gaf haar de opdracht Aglaurus te infecteren met een extreme vorm van jaloezie.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl
schut_mytho_nl

Ontvoering van Europa
(Met. 2, 833-875)
Jupiter was berucht om zijn seksuele uitspattingen waardoor hij ook geregeld overhoop lag met zijn jaloerse echtgenote, de godin Hera. Op een dag ziet Jupiter Europa met een paar vriendinnen bloemen plukken op het strand in de buurt van Sidon. De god wordt getroffen door de lieflijke aanblik van de meisjes. De schoonheid van Europa kan hij niet weerstaan.
Jupiter neemt de gedaante aan van een stier. Als Europa de onbekende stier ziet, wordt ze nieuwsgierig. Europa en haar vriendinnen spelen een tijdje met de stier en versieren het dier met bloemen. De meisjes gaan zo in hun spel op dat Europa opeens besluit op de stier te klimmen. Ze zit nog niet op de brede schouders van het dier of deze stormt het strand af. De stier zet het vervolgens op een zwemmen en aangezien Europa niet kan zwemmen, zit er voor haar niets anders op dan zich stevig aan de woeste stier vast te klampen.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Jupiter en Semele
(Met. 3, 259-313)
Semele zweeft op een bed op wolken. Met een laatste blik achterom naar Semele snelt – de weer aan zijn kroon herkenbare – Jupiter met het geredde kind in zijn armen weg.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Narcissus verliefd op zijn eigen spiegelbeeld
(Met. 3, 341-510)
Narcissus was een mooie jongen waarop bergnimf Echo verliefd was. Hij beantwoordde deze liefde echter niet en zij kwijnde weg totdat alleen haar stem overbleef. Als straf voor zijn afwijzing van Echo liet Apollo hem verliefd worden op zijn eigen spiegelbeeld.
Narcissus wilde zijn dorst lessen met water en toen hij zich voorover boog zag hij zijn weerspiegeling in het wateroppervlak, maar hij dacht dat het een mooie geest was die in het water leefde. Hij staarde in bewondering naar de prachtige ogen, het mooie haar en het perfecte uiterlijk van deze verschijning, die hij zelf was. Hij werd verliefd op zijn eigen spiegelbeeld. Narcissus kwijnde helemaal weg omdat hij zijn liefde niet kon bevredigen en hij stierf uit frustratie. Het enige wat van hem overbleef was een gele bloem - de narcis.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Thisbe doodt zich met het zwaard
(Met. 4,158-163)
Op een dag besluiten Pyramus en Thisbe in de nacht af te spreken bij het graf van Ninus in de schaduw van een moerbeiboom. Thisbe gaat naar de afgesproken plaats en gaat zitten in de schaduw van de boom, maar dan ziet zij een leeuwin, die haar dorst lest in een naburige bron. De leeuwin heeft een bebloede muil door een recente slachting van runderen. Het meisje vlucht naar een grot, en terwijl ze vlucht verliest ze haar sluier. De leeuwin stapt op de sluier en verscheurt deze met haar bebloede muil. Wanneer Pyramus bij de moerbeiboom komt ziet hij in het mulle zand sporen van de leeuwin en iets verder de bebloede sluier van Thisbe. Pyramus concludeert dat Thisbe is opgegeten door het wilde dier en hij besluit een einde te maken aan zijn leven omdat hij niet verder wil leven zonder Thisbe en met een vreselijk schuldgevoel. Hij neemt zichzelf namelijk kwalijk dat hij niet vroeger op de afgesproken plaats was. Hij laat zich in zijn zwaard vallen en sterft. Wanneer Thisbe terugkomt uit de grot en terug wil gaan naar de moerbeiboom, herkent zij deze eerst niet, omdat de vruchten van de boom zijn verkleurd door het bloed van Pyramus. Later ziet ze haar geliefde dood op de grond liggen. Wanhopig besluit ook zij dat zij niet kan leven zonder haar eeuwige liefde, plaatst het zwaard, dat nog lauw is door de vorige doding, onder haar ribben en stort zich erop. Later, nadat de twee dode geliefden gevonden zijn, worden ze samen op de brandstapel gelegd en hun beider as wordt door hun ouders in één urn geplaatst, om toch nog te voldoen aan hun wens om samen te zijn.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Hermaphroditus en Salmacis
(Met. 4, 285-388)
Hermaphroditus was een zoon van de god Hermes en de godin Aphrodite. Op een van zijn tochten werd de waternimf Salmacis verliefd op hem. Zij probeerde hem te verleiden, maar slaagde daar niet in; toen hij in een koel meer ging zwemmen, in de gedachte dat hij daar alleen was, sprong Salmacis hem na in het water, omhelsde en zoende hem. Hermaphroditus verzette zich, maar de nimf klemde zich stevig aan hem vast; zij zond een bede omhoog naar de goden, om zich met hem te verenigen. Haar gebed werd verhoord, en Hermaphroditus, eerst van het mannelijk geslacht, werd nu een tweeslachtig wezen. Hij riep zijn goddelijke ouders aan, en vroeg of ze dit ongedaan konden maken; maar het ging niet meer.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Arethusa vlucht voor de riviergod Alpheüs
(Met. 5, 599-641)
Alpheüs achtervolgde de nimf Arethusa - die in zijn wateren had gebaad - in de gedaante van een jager. Bang vluchtte ze naar Sicilië, waar ze haar toevlucht zocht op het eiland Ortygia, in de buurt van Syracuse. Artemis veranderde het in een bron. Maar Alpheus, vastbesloten, spreidde zijn wateren onder de zee uit tot aan Sicilië, en kwam tevoorschijn in Ortygia om zich te verenigen met Arethuse.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Latona verandert de Lycische boeren in kikvorsen
(Met. 6, 317-381)
De godin Latona heeft een verhouding met Jupiter, waar een tweeling uit geboren wordt: Diana en Apollo. Latona wordt echter voortdurend achternagezeten door Jupiters vrouw, Juno. Uiteindelijk komt ze met haar tweeling in Lycië terecht waar ze bij een vijver haar dorst wil lessen. Rondom de vijver zijn enkele boeren bezig rijshout te verzamelen en te bundelen met riet. De boeren staan het echter niet toe dat Latona van het water drinkt, schelden haar uit en woelen met handen en voeten de bodem om zodat het water ondrinkbaar wordt. Daarop wordt de godin woedend en zegt "vivatis in isto!" (leef er dan maar in!) en verandert de boeren in kwakende en springende kikvorsen.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Hercules overwint Cerberus
(Met. 7,408-431)
Hercules draagt zijn gebruikelijke tenue: de huid van de door hem gewurgde leeuw van Nemea, en jaagt hij de uit alle muilen gif spuitende Cerberus met zijn knots de onderwereld uit. De Cerberus blijft als een brave hond naast hem staan en wendt alleen de drie gifsproeinde koppen hem toe.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Cephalus en Procris
(Met. 7, 747-793)              
Diana schonk Procris een jachthond met de naam Lelaps en een jachtspeer, die beide nooit hun doel misten. Nadat Procris haar man teinde had vergeven, schonk zij hem haar hond en haar speer.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl
schut_mytho_nl

Procris‘ dood
(Met. 7, 794-862)
Procris sluipt ongemerkt achter haar man aan de bossen in. Wanneer Cephalus na een vangst zit uit te rusten, hoort hij geritsel in de struiken. In de overtuiging dat het wild is, werpt hij zijn onfeilbare speer en treft Procris in de borst. Zij trekt de speer nog uit de wond, maar sterft vervolgens in de armen van Cephalus.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl
schut_mytho_nl

Meleager geeft Atalante de kop van het
Calydonischey zwijn
(Met. 8,380-429)
Nadat de oude Oineus zijn gasten negen dagen lang heerlijk had onthaald, begon de jacht; het reusachtige zwijn werd omsingeld en uit zijn schuilhoek opgejaagd. De eerste wonde werd hem toegebracht door de jageres Atalanta. Toen echter daarop Ankaios met zijn strijdbijl gewapend zich op het woedende dier wierp, scheurde het hem met zijn slagtanden het lijf open, zodat hij dadelijk dood neerviel. Een gelijk lot trof enkele andere heroën en vele van de honden, totdat eindelijk een krachtige speerworp van de hand van Meleagros erin slaagde het everzwijn dodelijk te verwonden, hetwelk daarop spoedig door de overige geheel werd afgemaakt. Meleagros kreeg het loon van de overwinnaar, de kop en de huid van het gedode beest. Toen hij echter uit liefde voor de schone Atalanta aan deze de prijs afstond, voorgevende, dat hij haar toekwam, daar zij de eerste wonde had toegebracht, wekte dit de nijd op in de harten van de broers van Althaia, de moeder van Meleagros, de zonen van Thestios, de koning van Pleuron, een in de nabijheid van Calydon gelegen stad. Deze heetten Plexippos en Toxeus. Zij wachtten daarom Atalanta op en ontnamen haar de buit.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Acheloüs en Perimele
(Met. 8,590-610)
Acheloüs vertelt dat hij verliefd was op Perimele de jonge dochter van Hippodamas, en haar ontmaagde. Toen haar vader dit hoorde, wer hij zo woedend dat hij zijn dochter vanaf een rots in zee wierp. Acheloüs ving haar echter op en vroeg Neptunus om hulp. Deze beantwoordde de smeekbede en veranderde haar in een eiland.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Strijd tussen Acheloüs en Hercules
(Met. 9, 1-92)
Acheloüs en Hercules hadden beiden bij koning Oeneus van Calydon naar de hand van zijn dochter Deianira gedongen, Meleagers zuster. Daarover ontstond in de worsteling tussen Hercules en Acheloüs, de gedaante van een mens.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nlschut_mytho_nl

Dryope in een lotusboom veranderd
(Met. 9, 327-393)
Dryope, legendarische dochter van de thessalische koning Dryops. Apollo benaderde haar in de gedaante van een schildpad, waardoor zij moeder werd van Amphissus, de tweede koning van de locrische stad Amphissa. Haar sterfelijke echtgenoot was Andraemon, de stichter van Amphissa. In een andere versie (o.a. bij Ovidius) is Dryope een dochter van koning Eurytus van Oechalia. Toen Dryope eens voor haar zoontje een lotusbloem plukte die oorspronkelijk de nimf Lotis geweest was, veranderde ze zelf in een boom.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl
schut_mytho_nl

Byblis en haar verboden liefde
(Met. 9, 454-665)
Kaunos en zijn tweelingzus Byblis zijn erg verknocht aan elkaar. In hun puberteit begint de relatie echter ongezonde vormen aan te nemen.
Byblis ziet haar liefde voor Kaunos onder ogen en realiseert ze zich dat deze ongepast is. Ze weet echter geen raad met haar gevoelens en besluit hem een liefdesbrief te schrijven die ze door een bediende laat bezorgen. In haar brief verwijst ze naar incestueuze relaties tussen de goden Saturnus en Ops, Thetys en Oceanus, Jupiter en Juno, en de zonen en dochters van Aeolus. Kaunos is overstuur en boos en ontvlucht zijn stad Milete om zijn zus niet langer tegen te hoeven komen. Als Byblis ontdekt dat haar broer weg is, is ze gek van verdriet en besluit ze hem achterna te gaan. Ze is vastbesloten hem te vinden en alsnog voor zich te winnen. Gek van verdriet en moe van haar reis, huilt ze aan een stuk door. Byblis huilt zo verschrikkelijk dat haar tranen een stroom vormen. Als ze bezwijkt, veranderen de Naiaden haar in een bron die uitstroomt in de Calbis de huidige Dalyan-rivier.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Cyparissus doodt zijn lievelingshert
(Met. 10, 100-142)
Cyparissus was een geliefde van de god Apollo. Ovidius beschrijft de bijzondere band van de mooie jongen Cyparissus met een mythisch hert, dat in de wouden rond Cartheia leeft. Het dier is tam en Cyparissus is erg op hem gesteld. Op een middag is de jongen aan het jagen en werpt zijn speer naar een hert dat in het schaduwrijke lommer aan het rusten is. Het blijkt zijn lievelingshert te zijn. Apollo verandert Cyparissus daarop met pijn in het hart in een cipres.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl
schut_mytho_nl

Jupiter ontvoert Ganymedes
(Met. 10, 155-161)
Ganymedes, zoon van Tros en Callirrhoë, de schoonste aller stervelingen, die door de goden in den hemel werd opgenomen om schenker van Jupiter te zijn; tot vergoeding kreeg zijn vader van Jupiter een span goddelijke paarden. Volgens latere verhalen werd hij door Jupiter bemind en door diens arend of door hemzelf onder de gedaante van een arend ontvoerd.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Hyacinthus‘ dood
(Met. 10, 162-219)
Hyacinthus, de zoon van Amyclas en Diomede, een buitengewoon schoon jongeling, die door Apollo en Zephyrus bemind werd. Toen Apollo eens met hem aan de oevers van den Eurotas met den discus speelde, dreef Zephyrus uit jaloersheid de werpschijf van Apollo naar het hoofd van Hyacinthus, zoodat deze dodelijk gewond werd. Apollo veranderde hem in de bloem, die zijn naam draagt.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Venus en Adonis
(Met. 10, 503-559)
Adonis werd geboren uit de incestueuze liefde van de prinses Myrrha en haar vader Cinyras. Toen Cinyras ontdekte dat hij met zijn dochter had geslapen wilde hij haar doden, maar de goden veranderden haar in een mirreboom. Na negen maanden baarde de boom een beeldschoon jongetje, Adonis. Nimfen voedden hem op. Het jongetje was van zo’n spreekwoordelijke schoonheid dat Venus verliefd op hem werd. Dit gebeurde nadat zij zich licht verwond had aan een van de liefdespijlen van haar zoontje Amor.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Venus treurt om de dood van Adonis
(Met. 10, 717-739)
Aan het begin van de lente verliet Adonis de onderwereld en zo snel hij kon, ging hij naar zijn geliefde Venus. Overal waar hij zijn voetstappen zette, ontloken de bloemen en begonnen de vogels te fluiten om te laten zien hoe blij ze waren met zijn komst. Zo werd Adonis het symbool van de plantengroei, die elke lente uit de bodem omhoog komt en de aarde bedekt met prachtige bladeren en bloemen en die de vogels doen fluiten. In de herfst keerde Adonis met tegenzin terug naar de onderwereld, want dan kwam het wrede wilde zwijn van de winter weer om hem met zijn slagtand te doorboren en de natuur te doen verdorren. En elk jaar in de herfst huilde de natuur om zijn vertrek.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Peleus en Thetis in een worsteling
(Met. 11, 229-265)
Peleus gehoorzaamde Jupiter en wachtte Thetis op in een grot, waar zij graag kwam om te slapen. Maar Thetis wees hem af. Toen hij haar daarop met geweld trachtte te veroveren, nam zij telkens een andere gedaante aan, een tijger. Toen Thetis merkte dat haar belager werd geholpen door de goden gaf ze zich over. Het kind dat Peleus bij haar verwerkte, zou de beroemdste Griekse held worden uit de Trojaanse oorlog: Achilles.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

De tegen Peleus‘ kudde gezonden wolf wordt versteend
(Met. 11, 346-406)
Terwijl Ceyx bezig was een verhaal te vertellen, bracht een bode het bericht dat een reusachtige wolf een slachting had aangericht onder het vee van Peleus. De wolf was gezonden door Psamathe, die wraak wilde nehmen voor de dood van haar zoon. Pas toen haar zuster Thetis het haar vroeg, was zij bereid tot vergiffenis en veranderde ze de bloeddorstige wolf in steen.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Glaucus wordt verliefd op Scylla
(Met. 13, 898-965)
Links op de oever zien we de mooie zeenimf Scylla, nog in mensengedaante. Zij staat op het punt om te gaan baden, maar wordt aangesproken door een uit het water opgedoken oude man met vissenstaart en een soort zwemvleugels op de heupen: Glaucus.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Vertumnus en Pomona
(Met. 14, 622-771)
Vertumnus was een god van de herfst, die vooral de boomgaarden bewaakte en een rijke overvloed van vruchten schonk. Men wist te verhalen van zijn liefde voor Pomona, die ook een godin was van de tuinen. Zij wilde niets weten van de liefde. Ook Vertumnus kwam en dong naar de hand van Pomona, tevergeefs. Steeds nam hij nieuwe gestalten aan, om haar toch te kunnen zien en zo mogelijk haar liefde te winnen, maar zijn pogingen bleven ijdel. Eindelijk nam hij de gedaante aan van een hoogbejaarde oude vrouw, en leunende op een stokje strompelde hij de tuin binnen, bezag daar alles, bewonderde veel en kuste de godin.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl
schut_mytho_nl

Hersilia en Juno
(Met. 14, 829-851)
Op de prent van Crispijn de Passe en op de tegels knielt Hersilia aan het strand en heft in gebed de handen op naar een in de wolken verschijnende godin, die haar, te oordelen naar de drukke armgebaren, toespreekt en aanwijzingen geeft.
Hersilia wordt vervolgens door de godin Juno in de hemel opgenomen.

schut_mytho_nl

 

 

 

schut_mytho_nl

Aesculapius doet Hippolytos herleven
(Met. 15, 530-546)
In de oudste gedichten wordt hij voorgesteld als een heros, die, door Apollo aan Chiron toevertrouwd, door dezen opgevoed werd en van hem o. a. de geneeskunde leerde, waarin hij het zover bracht dat hij niet alleen vele zieken genas, maar zelfs doden deed herleven.

schut_mytho_nl

* Het is aannemelijk dat de mythologische voorstellingen gemaakt zijn door te tegel- en aardewerkbakkerij van Hendrik Schut aan de Delftsevaart in Rotterdam omstreeks 1730.
Tegelseries met de Metamorphosen van Ovid in een achtkant zijn alleen in Rotterdam vervaardigd, door twee fabrikanten: Hendrik Schut en Jan Aalmis. Van Jan Pluis en Reinhard Stupperich zijn zestig tegels onderzocht en op basis van stilistische kenmerken en fysieke kenmerken zoals afmetingen en diagonale afstand van de spijkergaatjes hebben ze deze tegels nader in groepen kunnen indelen.
Alleen bij Schut werd nog een type gemaakt: een omlijsting van spitse accolades en twee verschillende tegenover elkaar staande hoekmotieven: geveerde hoek en dubbelblad.

 

Herkomst afbeeldingen prenten van Crispijn de Passe
Bibliothèque nationale de France / Universiteitsbibliotheek Amsterdam / Rijksmuseum Amsterdam.

Herkomst afbeeldingen van Rotterdamse tegels
Openbare collecties en Jan Pluis.

Geraadpleegde literatuur
J.G. Schlimmer & Z.C. de Boer, Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid, Haarlem 1920.
M.D. Henkel, Nederlandsche Ovidius-Illustraties van de de 15e tot de 18e eeuw‘ in: Oud-Holland, Amsterdam 1921, p.149-187.
D’Hane-Scheltema, M., Ovidius Metamorphosen, Amsterdam 1998.
Wilhelm Joliet, Rotterdamer Fliesen im Wilstermarsch-Zimmer des Museums für Kunst und Gewerbe Hamburg, Uitgave in eigen beheer, Königswinter 2003.
Jan Pluis & Reinhard Stupperich, Mythologische voorstellingen op Nederlandse tegels, Leiden 2011.
Ulrich Wilke, Ovid Metamorphosen, Make a book, 2018.

Dankzegging
Met dank aan Jan Pluis voor alle hulp.
Zoon Norbert bewerkte het rapport en publiceerde het op internet.

Bekijkt u ook a.u.b. mijn berichten:
Mythologische Darstellungen auf Rotterdamer Fliesen in der Aachener Sammlung Ludwig
www.tegels-uit-rotterdam.com/ludwig.html
Mythologisch tafereel in achtkant, hoekmotief: geveerde hoek, blauw
www.tegels-uit-rotterdam.com/wilstermarsch_mytho_fliesen.html
Griekse goden in het Gemeentearchief Rotterdam, deel 1, tegelvoorbeelden 3001-3023
www.tegels-uit-rotterdam.com/GRIEKSE_GODEN_DEEL_1.pdf
Griekse goden in het Gemeentearchief Rotterdam, deel 2, tegelvoorbeelden 3024-3035
www.tegels-uit-rotterdam.com/GRIEKSE_GODEN_DEEL_2.pdf
Griekse goden in het Gemeentearchief Rotterdam, deel 3, tegelsponsen 3120-3150
www.tegels-uit-rotterdam.com/GRIEKSE_GODEN_DEEL_3.pdf